De 57-jarige Theo Speelmeijer is geen onbekende in het Rotterdamse voetbal. De voormalig is keeper is momenteel keeperstrainer bij derde klasser Nieuwerkerk. Onlangs maakte hij bekend dat hij stopt als keeperstrainer. Voetbal Rotterdam zocht hem op.

Theo is een geboren Rotterdammer, opgegroeid in de Aleidisstraat in het centrum van de stad, vlakbij de Kruiskade. Daar was het vroeger altijd voetballen op het pleintje, zoals dat vroeger eigenlijk overal het geval was. “De gasten waar ik altijd mee speelde zeiden op een gegeven moment, waarom word je geen keeper? Je bent goed en staat hier ook altijd te keepen. Toen ben ik eerst bij RFC terechtgekomen, op de Essenburgsingel. Via een vriendje ben ik daarna bij Neptunus gaan spelen. Die club zocht een keeper voor de D1. Na een proeftoernooi bij Emma in Dordrecht, toevalligerwijs nu mijn woonplaats, Toen vroegen ze mij als keeper daar. Neptunus was toen nog een grote club in het Rotterdamse voetbal. Daar ben ik tot de A junioren blijven keepen.” begint Theo het gesprek.

Theo viel op in de Rotterdamse selectie en Feyenoord vroeg of hij bij de A regionaal wilde gaan keepen. Hij begon daar onder trainer Ab Fafié. Toenmalig trainer van het eerste elftal Hans Kraay sr. kreeg gezondheidsproblemen en daarom werden er trainers doorgeschoven. Zijn nieuwe trainer werd, de onlangs overleden, Wim Jansen. “Een echt icoon bij Feyenoord. Ik keek enorm tegen hem op en daarbij was het een hele fijne man” aldus Theo.

Na een jaar kwam Theo toch niet in aanmerking voor een contract bij Feyenoord en ging hij terug naar Neptunus. Daar keepte hij twee seizoenen in het eerste elftal. In de competitie van Neptunus werd Sparta (av) kampioen en die club vroeg hem om bij ze komen spelen. “Dat was in een tijd dat je niet zomaar van club naar club hopte, maar ik had wel een dosis gezonde ambitie en vond dat wel een mooie stap” zegt Theo over deze overstap.

Ambitie om prof te worden had hij toen eigenlijk al niet meer. Toch werd hij gelokt met het idee dat het betaalde voetbal er nog wel inzat voor hem. Ondanks dat hij op dat moment al 21/22 jaar oud was. Na een jaartje bij de amateurtak te hebben gespeeld, werd Theo goed genoeg bevonden om richting de betaalde tak van de Kasteelbewoners over te stappen. Weliswaar als amateur, maar wel met mogelijkheden om hogerop te komen. Bij Sparta begon Theo in het tweede. Dat werd een seizoen om nooit vergeten. De competitie van tweede elftallen was toen nog in drie regionale competities ingedeeld. Eerst werd Sparta kampioen van de regio en daarna werd het landskampioenschap behaald door PSV na strafschoppen te verslaan.

Bij Sparta ging eerste doelman Bas van Noordwijk weg en reservekeeper Abe Knoop besloot om verder te gaan als veldspeler. Die plek viel open en hij werd doorgeschoven naar de selectie. Daar werd Theo reservekeeper achter Ed de Goey

Theo Speelmeijer als tweede keeper bij Sparta.

Het avontuur bij Sparta duurde slechts één jaar. Na Sparta meldde DS’79 zich bij de goalie. De Dordtenaren waren net gedegradeerd en de doelman moest de concurrentiestrijd aangaan met een andere keeper (Jurgen van Campenhout, red) en die won hij. Uiteindelijk speelde hij 68 wedstrijden in de eerste divisie. Kees den Braven kwam in die periode ook bij de club. Hij  wilde er een grote club van maken.  Bij DS’79 was Theo  semiprof en werkte  bij een gieterij in Ridderkerk.

International

Theo had nog te maken met zijn dienstplicht en was gestationeerd in Ypenburg. Van daaruit ontving hij ook een uitnodiging voor het Nederlands Militaire Elftal. Het Nederlands militair speelde in die jaren veel oefenwedstrijden tegen betaald voetbal clubs en ieder jaar twee interlands. Tegen België en Engeland heeft Theo het Militaire Oranje doel verdedigd. Omdat de dienstplicht niet zo lang duurt, bleef het optreden beperkt tot twee interlands. Tegelijk met het veldvoetbal, was Theo ook een uitstekende zaalvoetbalkeeper. Hij speelde destijds voor Cevebo, een topclub in Nederland. Daar pakte hij het kampioenschap van Nederland en de Benelux mee. Ook speelde hij een interland voor Oranje.

Lengte

Theo zijn grootste handicap was zijn lengte.  Hij haalt net de 1 meter 80 en tegenwoordig is de standaard voor een keeper op niveau minimaal 1 meter 90. Dat moet je compenseren door een enorme sprongkracht. Tegenwoordig worden de keepers geselecteerd op hun lengte (en uiteraard keeperskwaliteiten). De keepers zijn allemaal lang, maar ook lange keepers hebben uiteraard een nadeel. Ze zijn vaak minder beweeglijk dan kleinere keepers.

Knieblessures

Op jonge leeftijd kreeg Theo problemen met zijn knie. Het begon dat het gewricht regelmatig op ‘slot’ ging. De meniscus zorgt voor die problemen, vroeger noemde men dit een zogenaamde voetbalknie. “In mijn tijd bij Dordrecht’90 ben ik daar door Dr. Van der Hoogenband, de toenmalige clubarts van PSV aan geopereerd. Na een maand of anderhalf kon ik weer keepen en had alweer bij het tweede gekeept. Op een vrijdagmiddagtraining ging het wederom mis met de knie. Ik liep naar de bal en schiet ineens volledig door de knie heen. De knie zat zo vast als een huis en kreeg hem ook niet meer van het slot af. De dokter van Dordrecht kon voor zondag nog een operatiekamer regelen en ik werd met spoed geopereerd, maar daarna is het eigenlijk nooit meer goed gekomen met de knie.” zegt Theo over deze nare periode. Doordat er een blokkade in de knie was gekomen, wist Theo al dat hij nooit meer zijn oude niveau zou terugkrijgen.

Er was een opgaande lijn in zijn prestaties tot de blessures. Na de operatie heeft de Rotterdammer anderhalf jaar zijn stinkende best gedaan om terug te komen. Maar dat mocht niet zo zijn. Bij Dordrecht had hij nog een tweejarig contract en de club heeft hem toen geweldig geholpen met zijn revalidatie. Voor de verzekering moest hij zich laten afkeuren voor betaald voetbal. Hij werd voor een bepaald percentage afgekeurd en dan kon het verzekeringsgeld worden uitgekeerd.

De top van de amateurs

Via Jan Everse nam Kozakken Boys uit Werkendam toen contact met hem op, Zij hadden een keepersprobleem en zagen in Theo de oplossing voor dat probleem. Na een gesprek met de voorzitter bleek dat ze hem als keeperstrainer wilde aantrekken. Eigenlijk was het niet de bedoeling dat hij weer wedstrijden zou gaan spelen, maar omdat de tweede keeper altijd met het tweede elftal speelde en daarom vaak te laat bij het eerste kwam, besloot de trainer om mij als vaste tweede keeper op het formulier te zetten. Bij Kozakken Boys deed hij dat vijf jaar. Elk jaar keepte hij door schorsingen of blessures  wel een wedstrijd of vier en dat ging best goed eigenlijk.

Via een collega kwam hij in gesprek bij BVV Barendrecht. Ook daar vervulde Theo nog vijf jaar de combifunctie keeperstrainer/tweede keeper.

Kampioenschappen

Theo heeft behoorlijk wat kampioenschappen mogen vieren. Bij het tweede van Sparta zoals boven vermeld, maar ook tijdens de vijf jaar bij Kozakken Boys mocht hij drie keer een feestje vieren met behaalde kampioenschappen in de Hoofdklasse (eerste klasse toen nog). Bij Barendrecht werd hij ook nog een keer kampioen.

Hoogtepunten carrière

“Bij Barendrecht kreeg de eerste keeper zijn derde gele kaart van het seizoen in de ene laatste wedstrijd. Toen mocht ik de kampioenswedstrijd keepen. Heel lullig voor hem natuurlijk, maar ik was er wel blij mee.” glundert Theo.

“De wedstrijden met Kozakken Boys tegen Heerjansdam waren ook waanzinnig. De laatste competitiewedstrijd speelden ze gelijk en eindigden ook met een gelijk aantal punten op de eerste plaats, waardoor er twee beslissingswedstrijden volgden. In korte tijd speelden de ploegen dus drie keer tegen elkaar. Steeds voor duizenden toeschouwers. In Werkendam speelden de ploegen gelijk en bij de return in Heerjansdam maakten Kozakken Boys vlak voor tijd de gelijkmaker en in de verlenging wonnen de Werkendammers uiteindelijk met 4-2. Dat was heel bijzonder, want de spelers kenden elkaar allemaal en dat ging echt op het scherpst van de snede. Bij Kozakken Boys hadden ze voor die wedstrijd zelfs tribunes neergezet. “ vertelt Theo met enige trots.

Privéleven

Het voetbal beheerst zelfs het privéleven van Theo. Hij is getrouwd met de zus van oud Dordrecht speler Michel Langerak. Hun huwelijk heeft twee kinderen voorgebracht. Een zoon (23) en een dochter (25), waarvan de dochter ook twee kinderen heeft. Trotse Opa Theo vertelt dat zijn kleinzoon binnenkort gaat beginnen met het kaboutervoetbal bij VV Dubbeldam. Hij heeft al een paar keer meegetraind. Zoonlief is ook keeper geworden, maar doet dat op een bescheiden niveau. “Hij is langer, maar heeft minder talent dan ik”: grapt Theo daarover.

Stoppen

Op zijn 57e heeft Theo besloten om te stoppen. ‘Ik wil niet als een oud mannetje op het veld staan als keeperstrainer. Daarbij wil ik meer tijd doorbrengen met mijn kleinkinderen en corona heeft het allemaal ook niet beter gemaakt. De weken dat er geen voetbal was op zaterdag vond ik eigenlijk wel lekker. Ik heb een drukke baan en daar heb ik mijn tijd en energie ook hard voor nodig. Het zijn lange dagen en daarbij vind ik dat het tijd wordt voor de jonge gasten om op te staan.’ verklaart hij over zijn beslissing. Het zwarte gat na het stoppen zal wel komen, maar Theo heeft genoeg andere interesses om de dagen zonder voetbal mee door te komen. Andere sporten zoals fietsen en klusjes in de tuin trekken Theo ook wel. Stilzitten zal geen optie voor hem zijn trouwens, dat kan hij niet volgens eigen zeggen.

Nieuwerkerk

Foto VV Nieuwerkerk

Bij Nieuwerkerk kwam Speelmeijer terecht, omdat Hans Jeroense (Voorzitter VV Nieuwerkerk) aan trainer Brian Nooteboom had gevraagd of hij nog een goede keeperstrainer wist. Nieuwerkerk speelde toen nog eerste klasse zondag. Later ging het eerste over naar de zaterdag en trainer Ron Luijten, die Theo nog kende uit zijn Sparta periode, vroeg hem om ook naar de zaterdag mee te gaan. Dat was vier jaar geleden, maar eigenlijk zijn er door corona maar twee seizoenen gespeeld. Het eerste jaar werden de Nieuwekerkers kampioen in de vierde klasse en nu zit er weer een kampioenschap aan te komen. Theo hoopt dan ook afscheid te nemen met een kampioenschap en promotie naar de tweede klasse. ‘De vereniging hoort ook hoger te spelen dan waar we nu staan. Het is een schitterende, grote club met een prima kader en waar kom je nou zo’n club tegen in de derde klasse?’ besluit Theo Speelmeijer.